Onder prachtige weersomstandigheden vonden vrijdagochtend de herdenkingen 80 jaar bevrijding plaats.
In de Thaliatuin achter de St. Gertrudiskerk was er een korte ceremonie. Er werden kransen en bloemen gelegd.
Indrukwekkend was het verhaal van nabestaande van verzetsmensen Jean Jacques van Giels, over zijn familie die in de oorlogsjaren tegenover een post van de Nazi’s, onderduikers in huis hadden.
Zijn verhaal is hier te lezen.
“Goedemorgen,
Vandaag en ook zondag staan we stil bij de bevrijding van Bergen op Zoom. Dat is nu 80 jaar geleden. We staan stil bij de soldaten die tijdens de Tweede Wereldoorlog voor de vrijheid van een ander land hebben gevochten. Velen hebben hun leven gegeven voor ònze vrijheid. Vandaag wil ik even stilstaan bij een groep die niet zo vaak wordt genoemd.
Dat zijn de Bergenaren die zich niet wilden neerleggen bij de onderdrukking door de bezetter. Zij keken niet weg en berustten niet in de situatie, maar stonden juist op en sloten zich aan bij het verzet. Ze gaven onder andere de boodschappen door tussen verschillende verzetsgroepen, zorgden voor onderduikadressen, valse identiteitspapieren en voedselbonnen. Dit alles met gevaar voor hun eigen leven.
Het verhaal over twee van deze Bergse verzetsmensen wil ik vandaag met u delen. Dat is het verhaal van Ko en Corry van den Boom, die vlak voor de oorlog trouwden. In de Steenbergsestraat begonnen ze een slagerij, naast waar nu Café ‘t Slik zit. Dat was in het hol van de leeuw, want schuin tegenover de slagerij zat het Ortskommando, het Duitse hoofdkwartier. Dit weerhield Ko en Corry er niet van om zich aan te sluiten bij het verzet.Het begon met een boodschap doorgeven en iemand ophalen van het station om ergens onder te brengen. Geleidelijk aan werd het steeds meer. Vanaf 1942 heeft er een Joods echtpaar ondergedoken gezeten bij hen. Later ook de broer van Ko, die opgeroepen was om te gaan werken voor de Duitse bezetter.
Ook mensen die over de grens met België gesmokkeld moesten worden vonden er een of meerdere dagen een schuilplaats, totdat ze weer verder konden. Hoeveel dat er geweest zijn hebben Ko en Corry zelf nooit willen vertellen, maar vermoedelijk zijn dat er een paar honderd geweest. De laatste twee maanden voor de bevrijding vond ook een Amerikaanse piloot een schuilplaats bij hen. Zijn vliegtuig was in de buurt van Huijbergen neergeschoten.
Zo’n 15 huiszoekingen hebben Ko en Corry gehad, u zult begrijpen dat dit elke keer erg stressvol was. De onderduikers zijn gelukkig nooit ontdekt. Ze hebben allemaal de oorlog overleefd. Na de oorlog hebben Ko en Corry verschillende onderscheidingen gekregen voor hun verzetswerk. Ik ben supertrots op ze, want het zijn mijn opa en oma!
Ik heb me al vaak afgevraagd wat ik zelf zou doen. Zou ik net zoveel moed hebben als zij? Zou ik zelf onderduikers in huis durven nemen, met het risico dat niemand het zou overleven als ze ontdekt zouden worden? En wat zou u doen? Zou u het durven?
Ik hoop dat we nooit meer voor die keuze komen te staan. Maar net als u zie ik dat de dreiging en het geweld in de wereld toenemen. En weer zijn miljoenen onschuldige volwassenen en kinderen de dupe van beslissingen die machthebbers en groeperingen nemen. Maar ook in ons eigen land nemen intolerantie, geweld en onverdraagzaamheid toe. Net als agressie tegen hulpverleners, zoals ikzelf, maar ook tegen politici, journalisten, advocaten en ambtenaren.
Ik hoop daarom dat, net als destijds mijn opa en oma, mensen hiertegen opstaan, niet wegkijken of berusten. Dat begint al met respect hebben voor elkaar, naar elkaar luisteren en omkijken naar een ander. Daarom blijven wij vanuit de werkgroep Nabestaanden Verzet ‘40/’45 en Escape herdenken en de verhalen over het verzet vertellen. Het is nu belangrijker dan ooit!”
Jean-Jacques van Giels
Een uur later vond de herdenking plaats op het Bergen op Zoom War Cemetery (‘Britse begraafplaats’) aan de Ruytershoveweg. Er was muzikale begeleiding door een piper, het Bergse Blazersensemble, er werden kransen gelegd door vertegenwoordigers van diverse groepen, (ex-) militairen, veteranen er was een toespraak door Vicaris Paul Verbeek. Ook zijn toespraak willen we u niet onthouden:
“Ja, Ik wil vrede
Dat was het thema van de 80ste Maria Ommegang, die op zondag 30 juni 2024 door onze stad trok. Het werd een bidtocht om de vrede ook in onze huidige wereld.
Deze Ommegang is onlosmakelijk verbonden met de bevrijding van onze stad eind oktober 1944. Groot was de vreugde toen eind oktober 1944 de Nederlandse Driekleur vrolijk wapperde bij zovele huizen. De prijs voor onze vrijheid is duur betaald door zovele jonge soldaten, die zonder ons persoonlijk te kennen hun leven hebben gegeven voor onze vrijheid. Meer dan 2400 soldaten liggen hier op de twee erevelden begraven. De namen op de witte kruisen krijgen door de jaren heen steeds meer een gezicht en ook voor hun familie, die na de oorlog hun foto een zichtbare plek konden geven. Met eerbied noem ik vandaag de namen van Britse soldaten, die vandaag precies 80 jaar geleden gesneuveld zijn en hier, op dit ereveld, zijn begraven:
Henry Edgar Hawkins 18 jaar
Frank Williams 18 jaar
Henry Herbert Wilsea Leeftijd onbekend
Howard Charles Turner 24 jaar
Walter John Coldham 21 jaar
James Pendlebury 21 jaar
Thomas James Gately 31 jaar
Hugh Boyd 30 jaar
Ik word stil bij hun leeftijd. Wat kon ik dankzij hen doen toen ik 18 was? Ik kon als een vrije jongen studeren en had een hele toekomst voor mij liggen. Wat dreef hen om hun leven voor onze vrijheid te geven? Die vraag blijf ik stellen en ik vind dat deze moet blijven klinken bij een herdenking als deze.
We leven nu 80 jaar later. Heeft onze wereld van WOII geleerd? Duizenden mensen: soldaten en burgers sneuvelen in de strijd tussen Rusland en de Oekraine, tussen Israel en de Gaza en Libanon In Nigeria en zoveel andere kleinere brandhaarden. Na de Coronapandemie is de wereld veranderd en lijkt ze harder en onverschillig Wie van ons trekt naar de oorlogsgebieden zoals de jonge soldaten 80 jaar geleden. Hoe vangen we de vluchtelingen op?
Ja, ik wil vrede. Die vrede begint hier en nu in onze omgang met elkaar. Kunnen we echt naar elkaar luisteren en lezen achter de woorden, verstaan wat echt gezegd en bedoeld wordt. Durven we ons in te zetten in woord en daad voor de vrede dichtbij en wereldwijd? De helden, die hier begraven liggen zijn toch niet voor niets gestorven. Ze hebben onze vrijheid en dus de vrede met hun leven betaald. Dat mogen we nooit vergeten. Hun engagement moet ons voorbeeld zijn om ons in te blijven zetten voor de vrede.
Moge deze erevelden ons keer op keer laten roepen: Ja ik wil vrede!”
Vicaris Paul Verbeek
Foto’s bij dit bericht: Dick Vermaas